Wandeltochten in het Brugsche

Het stille Brugge

De tweede wandeltocht die onze gids en lid van de Brugsche globetrotters voor ons heeft uitgewerkt is genoemd ‘Het stille Brugge’. Een stadsplan kan eventueel een hulp zijn, maar op diverse locaties zijn grote stadsplannen geplaatst, die de wandelaar wegwijs maken.Men start voor deze wandeling op de Burg en men loopt onder de bomen voorbij het Paviljoen van Toyo Ioto en de Residentie van de Gouverneur naar de Philip Stockstraat toe. Aan de hoek ga je naar links. Je ziet de Kaarsenmakerskapel, thans doet die dienst als Verenigde Protestantse en Anglicaanse kerk.Aan de hoek van de Markt neem je rechts de Vlamingstraat, een straat met prachtige gevels.Je komt algauw aan de Stadsschouwburg in neorenaissancestijl, gebouwd in 1850. Het beeld voor de Stadsschouwburg stelt Papageno voor, het hoofdpersonage uit de Vogelhandelaar van Mozart. Een deel van de partituur vind je op de grond voor de banketbakkerij Van Mullem. In deze zaak was Stijn Streuvels ooit bakkersgast. Je staat nu in het hartje van het kosmopolitische Brugge, het handelscentrum in de Middeleeuwen. Het eerste gebouw is de Genuese Loge, ook Saaihalle genoemd, omdat het gebouw ooit eigendom was van de saaihandelaars uit Hondschoote. Thans kan je er het frietmuseum bezoeken.Op de hoek van de Grauwerkersstraat staat het Huis ter Beurze, vroegere herberg uitgebaat door de familie Van der Beurse. Hier vonden in de middeleeuwen financiële transacties plaats. Je weet nu dat de term ‘ beurs ‘ van Brugse origine is. De boekhandel ernaast was ooitde Venetiaanse Loge en het restaurant op de hoek herbergde deFlorentijnse Loge.  Je wandelt nu de Akademiestraat in en blijf even staan bij het huis nr.14. De vensterboognissen stellen de toen 4 bekende werelddelen voor : Europa, Azië, Afrika en Amerika. Aan jou om eruit te geraken wat wat voorstelt. Je loopt verder door en op het eind van de straat kom je aan de Poortersloge, een ontmoetingsplaats voor welstellende burgers.

Op het midden van het plein prijkt Jan Van Eyck, de vader van de Vlaamse Primitieven. Het gebouw links, waar thans de informatiedienst van de provincie gevestigd is, was het vroegere Tolhuis. Ernaast staat een klein gebouwtje, het Rijkepijndershuis. Rijkepijnders waren in feite dokwerkers. Je houdt rechts aan en volgt de Spinolarei, langs hier voeren de platte schepen Brugge binnen.Op nummer 3 staat het Consulaat van Portugal. Aan de overkant, Spiegelrei 13, zie je het oude Natiehuis van de Engelsen. Je steekt op het einde van de straat het houten bruggetje over. Je komt op de Sint-Annarei.Op de hoek van de Blekerstraat zie je een imposante rococogevel. Dit huis deed dienst voorde opnames van verschillende films. Als je wat naar links gaat zie je op het nummer 23 het statige herenhuis waar Achilles Van Acker, gewezen eerste minister, kamervoorzitter en minister van Staat ooit woonde.Ga vooral de Blekerstraat in en bezoek Brugge’s oudste café Vlissinghe. Je hebt je pintje wel verdiend. Geniet ook van het rustieke interieur. Bij mooi weer kan je ook in de tuin zitten.

Je ziet er de spits van de Sint-Annakerk, doopkerk van Guido Gezelle. Na het lavend bezoek loop je verder de Blekerstraat door en je draait op het einde van de straat naar links en even verder naar rechts. Je bevindt je in de volkse wijk van de Carmersstraat. Op de hoek tegen een gevel van de Korte Speelmanstraat zie je Annaatje van ’t Putje.

Het tafereel is een uiting van volksdevotie. Annaatje was een weesmeisje en werd miraculeus gered uit een waterput. Even verder aan de linkerkant ontwaar je de koepelkerk van het Engels Klooster. Guido Gezelle was er rector. Als je de poort opent zie je op de eerste verdieping zijn sterfkamer.Zijn laatste woorden waren” en ik hoorde zo gaarne de vogeltjes schufelen”.

Op het einde van de straat zie je het prachtige gebouw van de prestigieuze handbooggilde Sint-Sebastiaan. We hebben hier te maken met een elitaire schuttersvereniging. De voorwaarden om er lid te worden zijn zeer streng. Alle leden van het Britse vorstenhuis zijn er erelid en Prins Charles werd lid in 1974. Het café De Verloren Hoekverwijst naar de wijknaam. Het stadsbestuur liet liever dit stadsgedeelte links liggen omwille van de verpaupering. Gelukkig is daar nu verandering ingekomen. Je komt nu aan de molens. Links staat de Sint-Janshuismolen en rechts de Bonne Cheremolen. Beklim de heuvel van de Bonne Cheremolen en geniet van het prachtig panoramisch uitzicht over de stad. Als je, in de winterperiode, alle torentjes van de stad herkent, dan ken je wat van Brugge. We lopen verder langs de Kruispoort en wandelen langs ‘de vesten’.

Rechts ligt het Gerechtshof. Op het einde zie de Conzettbrug liggen, een voetgangers- en fietsersbrug , die door de Bruggelingen ‘de roste buze’ wordt genoemd. We draaien echter rechts af en volgen de Coupure, gegraven in 1752 om het scheepvaartverkeer rond Brugge te ontlasten. Nu is het een haven voor pleziervaartuigen geworden. We lopen het beeldje ‘Marieke’ van Jef Claerhout voorbij. Het verwijst naar een ‘chanson’ van Jacques Brel. Je volgt de Coupure tot het einde en steek deMolenbrug over en je duikt direct in het kleinestraatje rechts.

Je loopt weer langs de Reie. Links langs de Groenerei ligt het Godshuis de Pelikaan. Duw bij dag op de bovenste bel en je komt er binnen. Aan de andere kant van de Reie zie je een theehuisje uit de 19^e eeuw. Heb oog voor de pittoreske bruggetjes. Via de Steenhouwersdijk bereiken we de Vismarkt. Ga eens binnen in de ‘Hollandse Vismijn’, vorig jaar nog sponsor van onze vereniging, en… geniet.

Als men weer wil informatie over deze tochten of de bezienswaardigheden wil hebben dan kan men steeds een gids bestellen bij de Brugse Gidsenbond (050/33.22.33) of via de website bruges-guides.com.